woensdag 5 augustus 2020

Broodvermenigvuldiging voor vossen

Is dit nu een tweede lockdown? Het voelt zo niet aan. Er zijn grote verschillen met de situatie van april-mei en het belangrijkste is allicht de bubbel van vijf personen. We hoeven ons niet langer te hullen in een soort 'kluizenaarsbestaan' in de stad, maar we hebben (enkele) mensen bij wie we terecht kunnen. Wat mij treft is dat ik precies veel minder mensen hoor klagen dan ik zou verwacht hebben. Natuurlijk is dit alles niet comfortabel. Uiteraard zien mensen af. Maar tegelijk is er het besef van de ernst van de situatie. Misschien is het wel omdat we erger hebben gekend dat we nu beter weten wat de rijkdom is van wat we hebben. Raar eigenlijk: verminderen om te beseffen wat je hebt en daar dan gelukkig om te zijn...
Vorige zondag hoorden we het evangelie van de broodvermenigvuldiging. Was dat een voorval met broden in een ver verleden, of ging dat evenzeer over datgene wat mensen vandaag ten diepste nodig hebben om te leven? Sinds corona weten we wat het belang is van een vriendelijk woord, hoe een lieve groet van een bekende tijdens het winkelen bijvoorbeeld onze dag helemaal "kan maken" en een banaal moment verheffen tot een feest. Wat die ander dan zegt komt er gewoon op neer dat die het fijn vindt om mij te zien. Of: dat die mij 'graag ziet'. 'Graag zien' of 'graag gezien worden' is het echte brood.
Vroeg vanochtend liep er een jonge vos haast voor mijn fietswiel. Hij repte zich angstig uit te voeten, zeker toen ik even bleef staan. Misschien was hij tegelijk gefascineerd, maar diepe angst won duidelijk: van 'graag zien' was geen sprake: hij wou mij duidelijk liever niet zien. Het is alsof God nog niet in het dier was doorgedrongen en er dus alleen nog maar angst aanwezig was. Vossen hebben nog geen broodvermenigvuldiging meegemaakt.

Tony, pastor.