Het was dus zeker niet zonder verwachting dat ik die zaterdagavond eind augustus het panorama beklom... maar wat ik zag deed me de aandacht voor het fraaie landschap volledig verliezen. Er was immers een drukte van belang... aan de buitenkant van de balustrade - de zone waar ik gewoonlijk alleen met veel huiver en altijd heel kort recht naar beneden kijk. Er was een speleologen rally aan de gang. Rond de basiliek waren diverse touwen gehangen - tussen de torens, naar de koepel... noem het maar op. Overal waren personen bezig naar boven te klimmen ofwel afstanden te overbruggen in de ijlte met alleen maar wat touw. Ik kreeg kriebels van ernaar te kijken. Bestaat de uitdrukking "plaatsvervangende hoogtevrees"?
De klimmers leken daar helemaal geen last van te hebben. Geconcentreerd, maar evengoed gezellig pratend en samen lachend, legden ze het traject af, met een eindeloos vertrouwen in het touw en het overige materiaal waardoor dit alles toch compleet veilig scheen te verlopen.
Zijn deze klimmers eigenlijk geen beeld voor het leven zelf: we zijn toch allen blootgesteld aan de vele risico's van het leven met het vertrouwen dat we op een bepaalde wijze gedragen zijn? Als Jezus over het water wandelt, is het dan niet juist dàt? Iemand die zegt "ik heb je lief" en iemand anders die daar het eigen leven op bouwt: adembenemend.
Tony, pastor.