Ze werd geboren rond het jaar 1869 in Afrika, in Soedan, in de streek van Darfoer. Toen ze 7-8 jaar oud was, werd ze gevangengenomen door Arabische slavenhandelaars. Van hen kreeg ze de naam ‘Bakhita’, wat cynisch genoeg ‘geluksvogeltje’ betekent. Haar eigen naam kon ze zich niet meer herinneren omwille van haar traumatische ervaringen. In de daaropvolgende twaalf jaar werd ze vijf keer doorverkocht. Ze werd mishandeld en moest pijnlijke vernederingen ondergaan. Uiteindelijk werd ze gekocht door de Italiaanse consul in Kartoem. Die nam haar mee naar Italië en gaf haar ten geschenke aan een andere familie. Ze werd er kindermeisje van het dochtertje. Omdat de familie ging verhuizen naar Afrika, bracht men haar met het dochtertje tijdelijk onder bij kloosterzusters, de ‘Dochters van Liefde van Canossa’. Daar leerde Bakhita het christendom kennen. Zij, die al die jaren het leven had geleid van een slavin zonder enige waarde, ontdekte dat God haar liefhad. Toen de familie haar kwam halen, wilde Bakhita niet meer mee. Het kwam zelfs tot een proces. Maar omdat de slavernij in Italië niet meer bestond, werd Bakhita vrij verklaard. Ze werd gedoopt en op dezelfde dag gevormd door de patriarch van Venetië, kardinaal Giuseppe Sarto, de latere heilige paus Pius X. Ze trad in bij de zusters van Canossa en ontving de kloosternaam ‘Josephina’. In het klooster kreeg ze allerlei taken te vervullen. Ze had het niet altijd makkelijk. Maar ze bleef een voorbeeld van geduld. Bij de mensen was ze bekend om haar vriendelijkheid en haar rustige houding. Met het vorderen van haar leeftijd kreeg ze steeds meer gezondheidsproblemen, omwille van de mishandelingen die ze in haar jeugd had opgelopen. Ze stierf op 8 februari 1947. Ze werd zalig verklaard in 1992 en heilig in het jaar 2000. Ze wordt vereerd als patrones van alle slachtoffers van mensenhandel: in de prostitutie, de nijverheid, de horeca, de bouwsector en noem maar op. Ook zij die aan één of andere vorm van verslaving lijden, vragen haar voorspraak. Ze leert ons dat ook verschoppelingen waarde hebben in Gods ogen. Omwille van haar feestdag wordt sinds enkele jaren op 8 februari de internationale gebedsdag tegen slavernij en mensenhandel gehouden, met de nadrukkelijke steun van de paus. Het virtuele gebed in vijf talen en op de vijf continenten is vandaag tussen 9.00 u. en 17.00 u. online te volgen op de campagnewebsite van ‘Talitha Kum’, het internationale netwerk van vrouwelijke religieuzen.
Pastor Benno.