Het roept associaties op uit mijn studententijd, toen ik met enkele medestudenten enkele jaren ontiegelijk vroeg opstond op de eerste mei om te voet naar Scherpenheuvel te gaan - vanuit Leuven zeker een haalbare kaart. Het vroege uur deed wat zeer, maar het had heel zeker een schoonheid om de lege stad te verlaten in het duister en het op de veldwegen te zien licht worden - om na een tijd in een zonovergoten Scherpenheuvel Maria toe te zingen. Tegenwoordig ben ik alle dagen even vroeg op en trek met de fiets naar het kantoor aan de Vlasfabriekstraat. Ik beleef nog dagelijks deugd van de rust van het lege Meiserplein - dat de meeste mensen alleen als een hysterische plek kennen.
Toen ik ooit aan mijn vader vertelde dat ik naar het seminarie zou gaan, probeerde hij mijn enthousiasme te testen door te polsen of ik het wel zag zitten om dan 's nachts uit mijn bed te worden geroepen om stervenden het sacrament te geven. Het moet voor hemzelf een grote beproeving geweest zijn om regelmatig als treinmachinist 's morgens vroeg het huis te moeten verlaten. Ik ben al die jaren maar twee keer opgeroepen voor het sacrament. En kijk nu... het kan verkeren.
Het evangelie getuigt dat Jezus zich in de nacht graag terugtrok op de berg om er te bidden. Zou het zijn dat dan, als alle prikkels weg zijn, Gods stem beter hoorbaar is? Het maakte hem anders mens overdag. En ja, ook dan sprong Jezus graag uit de band, zoals de vele verhalen getuigen...
Tony, pastor