Niet zelden vind ik fietsend inspiratie voor deze blog - in het nachtelijke uur heb je wel vaker oog voor rijkdommen, waarvoor je later op de dag door de jachtigheid een blinde vlek hebt. Soms is het een opgave om uit te schrijven waar hoop te vinden is. De berichten in de nieuwsgeving en dan de overvloed van verdriet dat daarbij ter sprake komt, zijn vaak erg overweldigend. (Gewoonlijk heb ik al de krant gelezen en het radionieuws gehoord, vooraleer ik op de fiets stap...) Vanmorgen was ikzelf nogal aangegrepen door het tragische ongeval in Antwerpen gisteren, waarbij twee kinderen om het leven kwamen. Er zijn geen woorden om dat verdriet te beschrijven, samen met de verontwaardiging en de kwaadheid dat zoiets kon gebeuren. Er zijn daar alleen maar slachtoffers: de kinderen en hun familie in de eerste plaats. Maar ook de omstaanders en ongetwijfeld ook de chauffeur en zelfs degenen die verantwoordelijk zijn voor de inrichting van dat kruispunt, gaan voortaan met een zware last door het leven.
Ik sta daarover te mijmeren terwijl het verkeerlicht vóór mij op groen springt en ook de vrachtwagen naast mij in beweging komt, aangevend dat hij rechtsaf moet, zelf moet ik rechtdoor. Ik besef plots dat ook dàt een gevaarlijke situatie is en maak me uit de voeten om te vermijden dat ik onzichtbaar ben voor de chauffeur - zijn dode hoek, weet je wel. Dan merk ik dat de vrachtwagen niet doorzet en wacht tot ik weg ben: hij had mij wel degelijk gezien en gaf mij voorrang, zoals het hoort.
Eén ongeval doet het gevoel ontstaan dat heel de wereld onveilig is; vele, vele duizenden weggebruikers, die dagelijks hun uiterste best doen, vallen veel minder op, maar maken in de praktijk dat de stad wél leefbaar is.
Hoe verkeerd zou het zijn om de fouten die gebeuren niet te zien. Maar het is zeker even verkeerd om alléén die fouten te zien en de overweldigende inzet van zovelen in de dode hoek te laten...
Tony, pastor