De derde zondag van de advent wordt – zoals u stilaan ook wel weet - ook wel ‘zondag van de vreugde’ genoemd, of in het Latijn : ‘zondag Gaudete’, naar het eerste woord van de gregoriaanse intredezang : « Gaudete in Domino semper », « verblijdt u in de Heer ten allen tijd ». De liturgie van deze dag nodigt ons uit om blij te zijn : niet alleen omdat Kerstmis nu dichtbij komt, maar ook omdat Gods Goede Toekomst – Gods Rijk - dichterbij komt : dag na dag, jaar na jaar, eeuw na eeuw. De thematiek van de vreugde klinkt daarom door in de lezingen van deze zondag – en in de gezangen hopelijk ook – maar in het evangelie is er maar één zinnetje dat naar blijdschap verwijst : « aan armen wordt de Blijde Boodschap verkondigd ». Dat zinnetje maakt deel uit van het antwoord van Jezus op de vraag die Johannes de Doper aan Hem laat stellen : « zijt Gij de komende, of hebben wij een ander te verwachten ». Met andere woorden : Johannes wil weten of Jezus de Messias is, de Gezondene van God, de Redder die het Joodse volk al zo lang verwacht. Het zou ook onze vraag kunnen zijn : « ben Jij nu degene die zin kan geven aan ons leven, kan jij ons doen geloven in een goede toekomst ? » Jezus antwoordt aan Johannes en aan ons met een reeks bijbelse verwijzingen naar de messiaanse tijd : « blinden zien en lammen lopen, melaatsen genezen en doven horen, doden staan op en aan armen wordt de Blijde Boodschap verkondigd ». Ja, Jezus is de Messias, Hij is onze redder : met Hem breekt een goede toekomst aan, met Hem begint een nieuw tijd. Waar mensen zijn Blijde Boodschap proberen te beleven, komt er uitzicht, komen mensen in beweging, krijgen verstotenen een plaats, komt wie in zichzelf zit opgesloten naar buiten, gaan mensen écht leven, zelfs over de dood heen. Dat is goed nieuws voor armen, voor allen die uitzien naar betere tijden. Gelukkig wie daarvoor openstaat. Zo iemand ziet zin en krijgt zin in het leven. Die heeft reden tot blijdschap.
Pastor Benno