Heb je dat ooit al meegemaakt dat je in de winter op zolder kwam, of in een soortgelijke plaats, en daar onbedoeld, bijvoorbeeld bij het openen van een oude kast, een oude bromvlieg (of dat per se een "oude" is, weet ik eigenlijk niet. Ik zeg het naar analogie met een oude brombeer) uit haar winterslaap wekte? Zo'n beest draait dan even versuft rond, in de hoop om zo snel mogelijk een nieuwe, veilige schuilplaats te vinden. Tegenover een niet zo vlieg-vriendelijk persoon, die aan het leven van dat beestje een einde zou willen maken (misschien wel uit revanche voor het vliegen-plaag gedrag van andere dagen...), heeft ze dan véél minder kans om te ontkomen dan op een hete zomerdag... Het is wel duidelijk: je treft bromvliegen op hun aller kwetsbaarste moment, wanneer ze met hun winterslaap bezig zijn...
Is het bij ons, mensen niet juist zo? Zelf voel ik van jaar tot jaar beter aan hoe deze periode van duisternis, waar zelfs het licht overdag - voor de relatief weinige uren dat het er is - van erg belabberde kwaliteit is, mij - of in het algemeen: ons - erg kwetsbaar maakt. Dat wij elkaar deze dagen zo nodig hebben (en dus: zo moeilijk kunnen missen!) of dat we anderzijds zo op elkaar betrokken zijn, ook op de armsten en misschien zelfs nog het meest op hen, zou dat daarmee niet te maken hebben? In onze kwetsbaarheid herinneren we ons opnieuw beter wat we in onze momenten van kracht zo gemakkelijk uit het oog verliezen...
Hoe goed dat de Kerk daar eeuwen geleden al woorden heeft op geplakt, door juist in deze periode de geboorte van het Goddelijk Kind te vieren - Licht dat in de wereld komt - en de engelen van jaar tot jaar opnieuw te laten zingen: "Vrede op aarde aan alle mensen van goede wil!"... het kon voorwaar op geen beter moment van ons bestaan komen...
Daar is dan het Kind, het is komen zeggen wat wij voor elkaar bedoeld zijn en dat we elkaar best nooit meer uit het oog verliezen...
Tony, pastor