zaterdag 18 september 2021

Stilstaan bij het zondagsevangelie

Zondag 19 september 2021: 25ste zondag door het jaar - B (Marcus 9,30-37)

‘De Mensenzoon wordt uitgeleverd’

We krijgen deze zondag wel een heel aanschouwelijk stukje evangelie.
Je ziet het zo gebeuren als was het een scène in een klas.
De leraar legt uit, maar blijkbaar vinden de leerlingen de leerstof te moeilijk. Ze luisteren niet echt, ze begrijpen het niet; ze vatten de kern van het onderricht niet.
Jezus probeert met daden en woorden aan Zijn leerlingen het geheim van Zijn leven en zending duidelijk te maken: Hij is een lijdende, dienende Messias, die Zijn leven geeft om mensen tot vrijheid te brengen.
Maar de boodschap, het onderricht dringt niet echt bij hen door, want de leerlingen blijken zo hun eigen bekommernis te hebben; namelijk de vraag wie de grootste is.
En deze vraag klinkt ons, als we eerlijk zijn, maar al te bekend in de oren.
De eerste, de grootste, de belangrijkste zijn: het zit ons van nature ingebakken.
En bovendien leven we in een maatschappij waar dat streven nog eens extra in de verf wordt gezet. Wat niet super of maxi is, niet exclusief, is niet interessant.
Wie niets uitzonderlijks presteert, telt niet echt mee. Je moet er wat voor over hebben om in de kijker te staan.
Als Jezus ons zou vragen waarmee we bezig zijn, zouden we vaak moeten antwoorden: we maken ons druk over onszelf, we willen graag dat anderen naar ons opkijken.
Als een goede leraar deelt Jezus geen straf uit, maar brengt de leerlingen terug bij het lesgebeuren. Jezus neemt de vraag, het probleem van de leerlingen serieus.
Hij heeft niets tegen hun (en ons) streven om de grootste, de eerste te zijn, maar Hij zegt wel heel duidelijk hoe je daartoe moet komen.
Als je naar boven wil, begeef je dan naar beneden; als je nummer één wil zijn, plaats jezelf dan op de achtergrond; als je heer en meester wil zijn, trek dan de voorschoot aan.
‘Groot – zijn‘ in de ogen van God bestaat in iets heel anders dan in het je laten gelden, dan in het boven anderen uitsteken.
Jezus zegt het heel duidelijk: “Als je in Gods ogen de grootste wil zijn, moet je dienaar worden.” Dienstbaarheid is het sleutelwoord!
Jezus maakt zijn oproep ook aanschouwelijk. Hij doet dit door een kind in het midden van de groep leerlingen te plaatsen. Zo wordt het kind medeleraar, samen met Jezus. Hoe komt dit? Het kind en Jezus leven in dezelfde ontvankelijkheid, in dezelfde openheid en afhankelijkheid naar mensen toe.
Dit kind staat er ook in naam van alle zwakke, kleine, eenvoudige mensen die niets uitzonderlijks gepresteerd hebben, die niet meetellen…
Naast hen staan, hen dienstbaar zijn, hen nabij zijn: daar komt het op aan; met andere woorden: gewoon mens zijn te midden van de mensen, naar het voorbeeld van Jezus.

Pastor Chris

© Pixabay