Bij onze aankomst stond Hubert ons al op te wachten. Hij troonde ons dadelijk mee naar de cafetaria: een gezellige, overwelfde ruimte met uitzicht op de tuin. Achteraf vertelden de zusters me dat ze daar vroeger de was deden. Tegenwoordig vloeit er nog steeds vocht, maar dan van de drank die er geschonken wordt en bij de af-was daarna.
Bij een goed glas vertelde Hubert hoe graag hij daar verbleef, hoe goed het er was, en hoe tijdens een evalutatievergadering één van de bewoners had gezegd: ‘het is hier het paradijs’.
Nu moet er wel bijgezegd worden dat Hubert van nature iemand is die positief is ingesteld. Dat weten allen die hem kennen. En dat bleek trouwens ook uit wat hij vertelde over zijn voorbije gezondheidsproblemen, die toch serieus waren geweest: ‘ik heb er altijd de moed ingehouden, ik ben altijd positief blijven denken’. En dat heeft hem erdoor gehaald.
Ja, Hubert is een echte ‘positivo’, om het zo te zeggen. Bij Wikipedia lees ik daarover:
‘Onder positivo wordt in de omgangstaal verstaan: iemand die eerder de mogelijkheden dan de gevaren, eerder de positieve, dan de negatieve kanten in mensen, zaken, of omstandigheden zal zien en benadrukken.’
Als we tegenwoordig van iemand zeggen dat hij of zij ‘positief’ is, dan denken we eerder aan iemand met Covid. Maar een ‘positivo’ is in ‘positieve’ zin ook besmettelijk: de gekende gulle lach van Hubert en zijn opgewektheid maakten onze dag goed.
Heer, geef ons meer positivo’s!
Pastor Benno.