Ik heb nooit een ontmoeting gehad met de inwoner van zo'n dorp. Maar ik vraag mij nu wel af hoe mensen dat toen zouden beleefd hebben: de priester kwam één keer per jaar rond, één keer Eucharistie, voor de rest ongetwijfeld veel momenten van samen bidden. En Eucharistisch vasten.
De kardinaal gebruikte deze term onlangs voor onze eigen situatie: nu er toch al zeker tot 19 april geen missen zijn, zijn we allemaal gedwongen om Eucharistisch te vasten. Doet dat dan geen pijn? Zeker! Betekent de Eucharistie dan niet heel veel voor ons? Zeker! Geeft dat dan geen groot gemis? Zeker!
We horen nu geen missionarissen meer die vertellen over exotische streken, maar ik stel me voor dat er nog steeds veel Eucharistisch vasten bestaat in de hele wereld. Het zou me ook niet verwonderen dat dat juist in in die plaatsen waar er veel vasten-tout-court bestaat: waar er ook een schaarste is aan materieel voedsel en mensen dus op meerdere vlakken moeten leven met ontbering.
Ik kan me voorstellen dat er in sommige plaatsen van de wereld naar ons gekeken wordt als "luxe mensen". Het zou wel kunnen dat het Eucharistisch vasten, waartoe wij nu gedwongen wordt, ons een beetje met onze voeten op de grond zet en ook solidair maakt: we zijn niet per se beter als de anderen, hadden we in het verleden niet veel te veel oog voor onze beleving alleen?
Of misschien doet het Eucharistisch vasten ons beter begrijpen wat de waarde is van de Eucharistie en ontdekken we beter dat die wél de moeite is om er ons op zondag wat voor te verplaatsen...
Tony, pastor