Op deze zondag vóór Hemelvaart lezen we uit de zogenaamde ‘afscheidsrede van Jezus in het Johannesevangelie. Jezus wil zijn apostelen en zo ook ons bemoedigen in het leven als volgelingen van Jezus en getuigen van zijn Verrijzenis.
Eerst horen we : « Als iemand Mij liefheeft, zal hij mijn woord onderhouden ». Jezus volgen, christen-zijn heeft met liefde, met vriendschap te maken. En wie zegt vriend van Jezus te zijn, zal ook proberen zijn boodschap gestalte te geven. Want vrienden weten van elkaar wat de ander belangrijk vindt.
Wie leeft in relatie met Jezus, leeft in relatie met God : « Mijn Vader zal hem liefhebben en Wij zullen tot hem komen en verblijf bij hem nemen ». God woont in het hart en het leven van hen die proberen te doen wat Jezus vraagt.
En Jezus’ boodschap wordt ons altijd opnieuw duidelijk gemaakt door Gods Geest, Gods Inspiratie : « De heilige Geest…zal u alles leren en u alles in herinnering brengen wat Ik u gezegd heb. »
We mogen dus gerust zijn, we kunnen ‘in vrede’ zijn, ook al is er nog zoveel onduidelijk, onzeker en ‘on-vredig’ in ons leven en in de wereld : « Vrede laat Ik u na ; mijn vrede geef Ik u ». We mogen ons ‘in vrede’ voelen omdat we weten dat we er niet alleen voorstaan in het leven. We krijgen de vrede van Jezus’ aanwezigheid, waarvoor gebeden wordt in elke eucharistie tijdens het gebed vóór de vredewens : « Heer Jezus Christus, Gij hebt aan uw apostelen gezegd : ‘vrede laat Ik u, mijn vrede geef Ik u ». Het is die innerlijke vrede -die voortkomt uit Jezus’ aanwezigheid- die ons tot mensen van vrede kan maken, mensen die elkaar en allen vrede toewensen, en zelf instrumenten van vrede willen zijn. In Jezus’ naam.
Pastor Benno