Is Pinksteren in die zin een verhaal voor taalkundigen, voor taalpedagogen, of de ingenieurs van Google of Deepl translate misschien, die zich de vraag kunnen stellen hoe mensen in geen tijd talloze nieuwe talen onder de knie krijgen? Ik denk dat er meer aan de hand is.
Elkaar begrijpen - of niet begrijpen - heeft niet alleen te maken met taal, maar meer nog met de mens die de taal spreekt. Als ik morgen iemand zou ontmoeten, die een taal spreekt, waar ik nog nooit van heb gehoord, die mij wil duidelijk maken dat hij honger heeft of - in een heel ander register - gelukkig is, hoeveel (hoe weinig!) woorden zou hij nodig hebben om dat te doen?
Het is maar als er menselijk opzicht in het spel komt, gevoelens van inferioriteit of superioriteit, of rivaliteit allerhande dat het onmogelijk wordt om elkaar te verstaan, en dat zelfs als allen dezelfde taal spreken. Meer dan mijn talenkennis, is het "mijn geest" die maakt hoeveel ik van jou versta. Laat dat nu het probleem zijn van Babel, waar de mensen een toren wilden bouwen "tot in de hemel" om vat te krijgen op de toegang tot God ... en de onderlinge rivaliteit daardoor begon.
Laat dat het wonder zijn van Pinksteren, waar de Heilige Geest goede vruchten uitstort in de harten van mensen, waardoor het talenprobleem ineens bijkomstig wordt. "Al sprak ik de talen van alle mensen en die van de engelen, als ik de liefde niet had, was ik slechts een dreunende gong of een schelle cimbaal", (1 Kor, 13,1) zegt Paulus.
Kom Heilige Geest, en geef het ons om elkaar beter te verstaan!
Tony, pastor